Een Nederlandse vinding van het Veldhovense Symcon-vestiging kan het proces van platen persen aanzienlijk versnellen, waarbij de matrijzen veelvuldiger bruikbaar zijn.

Eigenlijk is het raar, maar het persen van platen is sinds de uitvinding van vinyl wezenlijk nooit veranderd. Symcon in Veldhoven wil daar verandering in brengen. Normaal gesproken wordt een plaat letterlijk heel stevig geperst. Hierbij wordt een klomp koud vinyl in de pers gelegd, waarbij aan een kant de matrijs van veelal koper is geplaatst. Ter plekke wordt het vinyl verhit tot zo’n 180 graden waarna onder grote druk het vinyl uitvloeit. Uit de pers vloeiend vinyl wordt afgesneden, waarna u uiteindelijk de welbekende plaat in handen krijgt. Maar het proces kost per plaat relatief veel tijd en bovendien slijt de matrijs snel. Deze is slechts zo’n 1500 tot 2000 keer bruikbaar.

Voorverwarmen

Het idee van Symcon is eigenlijk even simpel als geniaal. In plaats van koud vinyl op een pers te leggen wordt het vinyl éérst gesmolten. Vervolgens wordt het in een mal gespoten met daarin de matrijs. Even aandrukken en voilá: daar is de plaat. Het geheel verkeert nog in een experimentele fase, maar grote namen uit de industrie hebben aangegeven dat het wel snor zit met de geluidskwaliteit. Sterker nog: deze schijnt zelfs beter te zijn dan conventioneel geperste platen. Tel daarbij op dat de productietijd met de nieuwe injectietechniek flink teruggeschroefd kan worden. Kortom: het lijkt erop dat vinyl nu ook de eenentwintigste eeuw is binnengetreden. Alhier kunt u een (Engelstalig) interview lezen met de bedenkers van het geheel.